Uit De Telegraaf van vandaag.
---------------------------------------------------------------------------
Na zijn arrestatie in Rio in 2011 werd Alexander Aronson (42) in de gevangenis onthaald als de 'Escobar van de Lage Landen'. "Ik dacht dat ik droomde. Ik kopstuk van een drugsbende? Ik was in Brazilië om te kitesurfen!"
We ontmoeten de Amsterdammer in de Ismael P. Sirieiro-gevangenis in Niterói, Rio's zusterstad aan de overkant van de Guanabarabaai. Het zware Zuid-Amerikaanse gevangenisleven is hem niet aan te zien. Hij oogt gezond en gespierd.
"Ik doe veel oefeningen. Het is beter om hier geen verslagen indruk te maken", vertelt Gringo, de bijnaam van de enige buitenlander op de vleugel. Zijn celgenoot, een moordenaar, zegt vriendelijk gedag tijdens de lunch op de binnenplaats.
Aronson kent Brazilië van jongs af. Zijn Braziliaanse vader neemt hem, dan reeds gescheiden van zijn Nederlandse moeder, op vakantie mee naar Rio's beroemde stranden. "Ik leefde toen in een luxe bubbel van dure hotels. Een heel ander Brazilië dan ik hier meemaak", vertelt de voormalig assistent-accountant van KPMG.
Na die baan trekt de Nederlander een tijdje naar Zuid-Amerika. Hij werkt daar onder meer als financieel adviseur voor een bedrijf in Buenos Aires. Vanuit de Argentijnse hoofdstad maakt hij in 2009 een uitstapje naar de surfstad Florianópolis in het zuiden van Brazilië. Kitesurfen is inmiddels uitgegroeid tot zijn grote passie. Maar de Braziliaanse politie merkt dit achteraf aan als een drugsgerelateerde reis.
Hetzelfde geldt voor een trip naar het noordoostelijke surfdorp Pipa met zijn Nederlandse vriendin. "We boekten die reis last minute op Schiphol", licht Aronson toe. "Ik ging liever naar Cancún maar zij mocht kiezen."
Eind 2010 krijgt Aronson relatieproblemen. Hij gaat daarna nog twee keer alleen naar Florianópolis en Rio. "Om te surfen en uit te waaien. Ik zat niet lekker in mijn vel en wilde nadenken over de toekomst."
Alexander Aronson in de studiezaal van de gevangenis
Rond carnaval 2011 komt hij op de radar van de Braziliaanse federale politie. Aanleiding is zijn regelmatige telefonische contact met twee Braziliaanse surfvrienden, Tomas en Roy. Beiden worden al een tijdje door de politie afgeluisterd op verdenking van drugshandel.
In een gesprek met de Nederlander rept Roy over het regelen van 'barmannen en obers', codetaal voor drugskoeriers. 'Daar gaan we het nog over hebben', reageert Aronson volgens de politie.
De transcriptie klopt niet, stelt hij. "Op de tap is duidelijk te horen: 'Daar hebben we het al over gehad'. Kijk, het was heel stom dat ik om ging met die jongens. Ze waren heel aardig maar ik wist dat ze met drugs bezig waren. Ik wilde daar alleen niets mee te maken hebben."
Bij zijn arrestatie in juni 2011 heeft hij opnieuw de schijn tegen. Aronson zit in Rio nietsvermoedend in een restaurant met Tomas en twee van diens kennissen. Bij het verlaten van het restaurant werkt de politie het viertal tegen de grond. Even later ontdekken de agenten honderdtachtig gram wiet in de auto van een van de kennissen.
Maar dat is niet de reden voor de aanhouding, zo hoort Aronson pas een dag later via een medewerker van het consulaat. De Nederlandse 'xtc-koning' is het brein achter een twaalfkoppige drugsbende, koppen lokale media. Hij zou smokkelaars met coke naar Nederland sturen en laten terugvliegen met xtc. "Het voelde alsof ik knock-out werd geslagen. Ik had geen idee waarop dat was gebaseerd."
Later blijkt dat hij wordt gelinkt aan een xtc-transport van Schiphol naar Brazilië in mei 2011. Een Braziliaanse smokkelaar loopt op het vliegveld van Belo Horizonte tegen de lamp met 30.000 pillen. Hij heeft een lijstje met tien telefoonnummers op zak, waaronder dat van Roy. De politie concludeert dat zijn Nederlandse vriend eigenaar is van de drugspartij, al zegt de smokkelaar hem niet te kennen.
Aronson wordt in eerste instantie niet verhoord over deze verdenking. De politie vindt geen drugs of een ander bewijs van betrokkenheid op zijn Braziliaanse verblijfadres. Wel wordt zijn in beslag genomen pinpas intussen leeg getrokken.
Ook dwingt een gewapende agent hem om papieren te tekenen, wat hij in eerste instantie weigert omdat er geen melding wordt gemaakt van zijn kitesurfspullen. "Het enige wat klopte, waren mijn personalia", treurt Aronson die uiteindelijk zwicht voor de loop van een geweer en zijn handtekening zet.
De Ismael P. Sirieiro-gevangenis te Niterói
Pas na zestien maanden voorlopige hechtenis in Rio's beruchte Ary Franco-gevangenis kan hij voor de rechtbank zijn zegje doen. Tevergeefs. Aronson krijgt de zwaarste straf van de twaalf verdachten: vijftien jaar cel wegens internationale drugshandel en bendevorming. "Ik weet niet of je schuldig bent of niet", voegt de rechter mondeling toe. "Het is in dit soort zaken moeilijk om direct, doorslaggevend bewijs te vinden."
Volgens Aronsons Nederlandse advocaat Frans Nederstigt rammelt het bewijs aan alle kanten. De aanklacht is gebaseerd op slechts negen telefoontaps die volgens hem creatief zijn geïnterpreteerd. "Zo erkent de rechter in het vonnis dat sprake is van andere 'gringos' in het onderzoek. Toch worden alle verdachte verwijzingen naar een 'gringo' in gesprekken van medeverdachten in Aronsons schoenen geschoven. Ook erkent de rechter in het vonnis dat er sprake is van illegaal tappen. Precies op het moment waarop Aronson voor het eerst in het politiedossier opduikt."
Diverse medeverdachten zijn inmiddels op vrije voeten of veroordeeld tot een flink lagere straf. Het cassatieverzoek en een klacht van de Nederlander liggen onderwijl al jaren stof te happen. Bewijzen kan hij het niet, maar de echte kopstukken van de bende zouden worden bevoordeeld dankzij familiebanden met hoge justitiefunctionarissen. "Gringo is slechts de zondebok," zo klinkt het nu in de gevangenis.
Onlangs had hij voor het eerst een meevaller. Een andere rechter beloonde het goede gedrag van de Nederlander met overplaatsing naar een minder streng gevangenisregime. Hij kan werken en studeren in een leslokaal. Na een examen werd de ijverige boekenwurm zelfs toegelaten tot één van de beste lokale universiteiten. Anders dan Brazilianen kan hij daar geen colleges volgen omdat hij als buitenlandse gevangene geen verblijfsvergunning heeft.
Zijn familie smeekt hem een zogeheten WOTS-verzoek te doen om de rest van zijn straf in Nederland uit te zitten. De strijdlustige gevangene ziet dat niet zitten. "Daarmee zou ik schuld erkennen. Ik wil mijn recht halen."
De recente vrijlating van Romano van der Dussen in Spanje gaf hem nieuwe hoop. "De veroordeling voor 'bendevorming' zal wel overeind blijven door de foute contacten. Maar ik moet af van het etiket 'drugscapo'. Dan kan ik snel vrij komen. Een avondje in het Holland Heineken House tijdens de Olympische Spelen, wat zou dat mooi zijn."
*De namen van de veroordeelde surfvrienden Tomas en Roy zijn uit veiligheidsoverwegingen gefingeerd.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten