dinsdag, oktober 20, 2009

Interview José Mariano Beltrame

Uit de krant van vanochtend.
-------------------------------------------------------------------------------------
Veiligheidschef José Mariano Beltrame is voorzichtig begonnen met het herstel van de openbare orde in de sloppenwijken van Rio de Janeiro. Dat hem een herculische taak wacht, bleek afgelopen weekend nog eens. Er vielen toen 22 doden bij een drugsconflict in de omgeving van het Maracanã-stadion, het hoofdtheater van de zomerspelen van 2016.

“Vooropgesteld: zeven jaar is niet genoeg om vijftig jaar verwaarlozing uit te wissen”, vertelt hij in een interview met deze krant.

“Dat hebben we het IOC ook eerlijk verteld. Eerst moeten we de territoria van drugsbendes en milities (criminele oud-politieagenten, red) zien te heroveren. Ze controleren tegen de helft van de duizend sloppenwijken. Die controle is trouwens relatief. De politie kan die wijken ieder moment overnemen, maar ze mist de mankracht voor een permanente bezetting.”

De militaire politie wordt komende jaren uitgebreid van 38.000 naar 60.000 agenten. Ongeveer de helft van de rekruten zal bestemd zijn voor een nieuwe tak in het korps, de ‘vredespolitie’. Beltrame veert op als zijn stokpaard ter sprake komt.

“We hebben in vier sloppenwijken de lokale bende verdreven en net afgestudeerde wijkagenten naar binnen gestuurd. Ze staan dichter bij de bewoners, door meer preventief en communicatief te werken. Ik houd hen gescheiden van de oude garde, zodat ze niet besmet raken met zekere kwalen van de politie.”

In de vier uitverkoren favelas moet de terugkeer van de overheid worden benut om de sociale voorzieningen te verbeteren. “Daar is een begin mee gemaakt, maar ik heb mijn collega’s gevraagd meer vaart te maken. Anders heeft de bezetting weinig zin.”

Tot aan december zal de vredespolitie nog vijf sloppen bezetten. “We hebben er zo’n honderd op het oog voor dit model.”

José Mariano Beltrame

In andere criminele bolwerken blijft Beltrame de confrontatie zoeken. De politie doet regelmatig invallen om wapens en drugs in beslag te nemen, al worden daarbij ook onschuldige bewoners gedood.

“Kijk, we doen dat liever niet: binnenvallen en gelijk weer vertrekken. Maar soms hebben we geen keus. In 2007 kregen we veel kritiek toen er negentien doden vielen bij een politieoperatie in het Complex van de Duitser (een sloppencomplex, red). De lokale bende had daar meer munitie opgeslagen dan de complete militaire politie. De agenten werden daarop onthaald en schoten terug. Had ik dat depot dan ongemoeid moeten laten?”

De territoriale gevechten tussen twee drugsbendes in het afgelopen weekend zijn volgens Beltrame een teken dat ze terrein verliezen.

De kans is groot dat Rio’s gouverneur Cabral volgend jaar wordt herkozen en rechterhand Beltrame “zou graag doorgaan. Maar ook zonder mij is de vredespolitie een blijvertje. Mijn eventuele opvolger zou een ezel zijn om zo’n succesvol project te stoppen.”

Sloppenwijken die in 2016 nog steeds vrijstaatjes zijn, kunnen tijdens de spelen rekenen op een omsingeling door de politie, zoals dat ook tijdens de – rustig verlopen – Pan-Amerikaanse Spelen van 2007 gebeurde.

maandag, oktober 12, 2009

Brazilië ziet fiets als speelgoed

Column uit De Telegraaf van vandaag.
-----------------------------------------------------------------------------------
Het gebeurt niet vaak dat fietsers de macht grijpen op de Avenida Paulista. Maar vanavond rijdt er een heus peloton tussen de kantoortorens in het hart van São Paulo. Het asfalt is strak als een biljartlaken. Wat zou hier een fantastisch fietspad kunnen liggen!

We blokkeren een kruispunt en heffen onze stalen rossen ter hemel. “Minder auto’s, meer fietsen!”, zo schreeuwen de Don Quichottes hun kelen schor. Voetgangers kijken meewarig toe. Een woud van koplampen staart ons geïrriteerd aan vanuit het donker. Een motorrijder probeert er toeterend door te komen.

“Gewoonlijk nemen ze óns te grazen in het verkeer. Nu zijn wij aan de beurt om een beetje te treiteren,” lacht Rogerio Telles – al vier keer aangereden met zijn fiets. Hij hoort bij de harde kern van de ‘Bicicletada’, een groep fietsactivisten die één keer per maand demonstratief door de stad rijdt.

credit: JP Almeida

Ze hullen zich daarbij in clown- en gasmaskers en T-shirts met lollige teksten als ‘Plezier tussen de benen’. De groep houdt de blokkade een paar minuten vol en rijdt – onder escort van een politiewagen – verder naar het historische centrum.

Fietsen vereist guerrillavaardigheden in de betonjungle van São Paulo. Er rijden vijf miljoen auto’s rond en elke dag komen er achthonderd bij. Fietspaden zijn er nauwelijks, dus kalken de activisten soms zelf maar een fietsstreep op het wegdek.

Het gevecht om een beetje ruimte is namelijk zeer de moeite waard. De fiets komt bij een jaarlijks wedstrijdje met andere vervoermiddelen steevast als snelste uit de bus. Geen wonder, de heilige koe rijdt in São Paulo’s infernale middagspits gemiddeld vijftien kilometer per uur. ‘Paulistanos’ zitten dagelijks 2 uur en 43 minuten gevangen in het verkeer.

Je hoeft toch geen geitenwollen sok te zijn om te stellen dat het hoog tijd is voor betere alternatieven. Vorige maand was er een succesje. De gemeente opende een fietsstrook van vijf kilometer. Detail: alleen te gebruiken op zondag van 7.00 tot 14.00 uur.

Tja. Dat schiet dus niet op zo. De fiets is hier de status van speelgoed nog niet ontstegen.

maandag, oktober 05, 2009

São blikt terug op terreurgolf

Uit De Telegraaf van vanochtend.
-------------------------------------------------------------------------------------
Ze wisten ‘de stad die nooit stilstaat’ dagenlang lam te leggen. In São Paulo is het megaproces begonnen tegen de leiders van de machtige gevangenisbende PCC.

Tegelijkertijd ging dit weekend een film in première over de ongekende terreurgolf die de PCC op de wereldstad losliet. De Braziliaanse Oscarkandidaat ‘Salve Geral’ neemt de kijker terug naar het moederdagweekend van 2006.

PCC-leider Marcos ‘Marcola’ Camacho reageert dan woedend op zijn overplaatsing naar een zwaarbewaakte gevangenis in het achterland van São Paulo. Hij geeft zijn straattroepen, dat weekend ruim in aantal dankzij moederdagverlof, met een paar telefoontjes het sein ‘salve geral’: aanvallen!

Er wordt in het wilde weg geschoten op politiebureaus, banken en winkels. Bijna vijftig agenten worden vermoord en de politie executeert uit wraak honderden ‘verdachten’.

Miljoenen Brazilianen zitten gegijzeld thuis. De furie komt pas ten einde na een deal tussen Marcola en de gouverneur van São Paulo, wat door de laatste overigens wordt ontkend.

De film was op voorhand al omstreden. Regisseur Sergio Rezende zou sympathie tonen voor de PCC. Hij maakt haarfijn duidelijk dat de autoriteiten verantwoordelijk zijn voor de groei van dit paard van Troje achter de tralies.

De PCC werd in 1993 opgericht uit woede over de beestachtige toestanden in de gevangenissen. De organisatie fungeerde als een soort vakbond voor gevangenen. Pas in 2001 erkennen de autoriteiten het gevaar van de PCC.

Het aantal leden wordt inmiddels geschat op 100.000. En de gevangenissen blijven overbezet. Een tijdbom.

“Er kan ieder moment iets heel ernstigs gebeuren”, waarschuwt Nagashi Furukawa, de voormalige gevangenissecretaris van São Paulo. Hij denkt bij voorbeeld aan een massale uitbraak.

De PCC is behendig in het binnensmokkelen van mobiele telefoons en controleert daardoor ook op straat de misdaad. Drugshandel, ontvoeringen, bankovervallen; van de ooit nobele intenties is niets over.

Marcola, een voormalige bankovervaller die al vier keer uit de gevangenis ontsnapte, wordt in de eerste van tien rechtszaken beschuldigd van de moord op een rechter. Zijn rechterhand ‘Julinho Carambola’, werd hiervoor vrijdag tot 29 jaar cel veroordeeld.